donderdag 28 juli 2016

Het spijt me, lieve oma..

Het begon als een mooie zonnige dag, met ons drietjes heerlijk met een glas drinken in de zon. U, opa en ik. Genietend en pratend doodde we de tijd in de voortuin van het verpleeghuis. 

Het was bijna lunchtijd en opa en ik stonden al op, toen u ineens snel naar de wc moest. Snel ga ik op zoek naar een nieuw broekje en ik loop met u mee. U zit rustig op de wc terwijl ik het broekje verwissel, zo doen we dat altijd. U kijkt me aan en zucht: "ik vind dit niet leuk", zegt u. "dat weet ik", zeg ik. U zegt: "later als je mijn leeftijd hebt, dan heb je zelf een dochter en die doet dit dan ook bij jou!" Ik: "ik weet het, en ik weet zeker dat ik het dan ook niet leuk zal vinden. Maar ik doe het met liefde" waarop u zegt terwijl u uw voeten naar voren steekt om mij te helpen: "dat weet ik, en daarom mag je dit ook doen". U lacht naar me.

U bent scherp vandaag, heel scherp. Dat is natuurlijk ergens heel fijn, maar op dit moment helaas even niet.. Opa had zijn kans gezien om weg te glippen toen we op de wc zaten. Gedag zeggen vind hij erg lastig, hij weet dat u dan mee wil en hij voelt zich schuldig als hij "een smoes verzint" waarom dat niet kan. We komen de woonkamer binnen en u kijkt direct de kamer rond. "Waar is mijn man?" Vraagt u. "Oh wee als hij weer weg is, dat flikt hij me elke dag" zegt u en op dit moment besef ik dat ik wel met een heel goed verhaal moet komen om u rustig te krijgen. U trekt aan een deur, loopt wild heen en weer en gaat dan maar met grote tegenzin aan tafel zitten. Er komt een meisje bij u wat er nog niet zo lang werkt en u vraagt aan haar waar uw man is. "Die is al naar huis" zegt ze, goedbedoeld. 

En toen, werd de kamer te klein....
"Zie je, ik wist het wel! Nou doet ie het alweer, vandaag of morgen zeg ik aju!" U stuift van tafel, zo de gang op. Waar u normaal wankel over de gang sloft, loopt u nu in een strakke lijn, snel en vastberaden op een bijna beangstigende manier. De rollator laat u staan. Ik loop achter u aan, wetend dat als ik u wil tegenhouden dit niet lukt. Want u wil naar uw geliefde toe en wie u daarvan weerhoud is nog niet jarig. Halverwege het gebouw leunt u tegen de muur, vermoeid. Ik geef u de rollator en u pakt mijn arm vast. "Dan ga ik met jou mee naar huis, ik ben toch verdorie geen klein kind?" Ondertussen wist ik niet meer wat ik het beste kon zeggen dus liep ik maar met u mee, helaas liep u recht naar de hoek waar opa zich had verstopt..

Samen liepen we met u naar de huiskamer, waar u duidelijk geïrriteerd bleef staan. Opa was alweer snel de gang op gegaan, hij weet ondertussen dat het niet uitmaakt wanneer hij weg gaat, als u vrij helder bent is dit altijd lastig. Ik sta nog naast u, verslagen kijkt u naar de tafel. "Naast wie moet ik nu gaan zitten dan?" "Nou, naast mevr. W zit u altijd graag" zeg ik. "En jij dan?" Zegt u. "Ik moet ook naar huis lieverd, mijn eten staat ook op.." 

U kijkt me aan, met een blik alsof ik net uw hart aan duizend stukken heb gescheurd. Uw ogen lopen vol tranen. "Ik moet even alleen zijn.." Zegt u en stuift verdrietig de andere gang op. Ik loop weg en voel me misselijk. Het liefst loop ik achter u aan en troost ik u, blijf nog even tot het weer goed is.. Maar ik doe het niet, omdat ik weet dat wanneer ik ook ga op zo'n dag het zo zal eindigen. Samen met opa ga ik naar het huis waar u ook woonde en eten we een bakje yoghurt. Onderweg heb ik moeite mijn tranen te bedwingen.

Het spijt me, lieve oma dat u zich zo in de steek gelaten voelt. Het spijt me dat ik gedwongen ben om soms op deze manier weg te gaan. Het spijt me, dat u alles moet meemaken waar u vroeger zo bang voor was. Het spijt me... En ik hoop voor u, dat u het heel snel weer vergeten bent. 




maandag 25 april 2016

Vergeet-mij-nietjes

Het is dinsdagmiddag half 3, ik ben net klaar met mijn vroege dienst op stage in het verpleeghuis vanaf 7:00. Zoals ik dat iedere maandag en dinsdag doe na een vroege dienst, loop ik de gang door naar een andere afdeling: de afdeling waar mijn oma woont. Ik wordt vergezeld door twee dames die zoekend rondliepen over mijn afdeling, ze zochten een kennis van hen, mw. W. Toevallig is dat de nieuwe bewoonster bij mijn oma op de huiskamer en tussen de twee klikt het erg goed. Ik vertel de dames dat ze mij achterna mogen lopen en samen lopen we naar de afdeling. 

Als we binnenkomen op de huiskamer kijk ik naar oma, die vrolijk aan haar kopje thee is begonnen. Ze kijkt me aan en het is duidelijk dat er belletjes gaan rinkelen, alleen heeft het vaak een paar tellen nodig voordat ze uitgevogeld heeft welk belletje de juiste is. Als dat gebeurt is ze iedere keer weer blij verrast, en ik ga naast haar zitten. We zijn samen gezellig aan de klets als mijn opa komt, en wanneer hij de kamer binnenkomt overtreft dat voor mijn oma alles waar ze mee bezig is. Ik sta op zodat ze elkaar kunnen knuffelen en ik geniet van het beeld dat mijn oma met beide armen om zijn nek hangt en ze elkaar kussen, ook het bezoek is duidelijk vertedert. Ik pak een krukje en ga weer bij de rest van de groep zitten. Ik zit nog niet of mijn oma haar kamergenoot, mw. V, komt zachtjes naar me toegelopen met een opgerolde theedoek in haar handen. Mw. V loopt altijd met die theedoek, het is haar houvast, haar pronkstuk en er zijn weinig dingen zo mooi en aandoenlijk als mw. V die zielsgelukkig met "haar" doek in haar handen rondloopt en deze trots aan iedereen laat zien. Haar hand raakt mijn schouder en ze geeft haar theedoek aan mij: "wat vindt u van deze? Hij is mooi he?" zegt ze met haar zachte, warme stem. Prachtig, antwoord ik en ik zie dat de doek een beetje een rommelig propje is. Ik strijk de theedoek glad, vouw hem en rol hem netjes op waarna ik hem aan mw. V terug geef. Oh, wat prachtig! Zegt ze en blijft er geïntrigeerd naar staan kijken om er even later hard haar neus in te snuiten en hem net zo netjes weer op te rollen.. Aan lachen geen gebrek in de huiskamer!

Zelf heb ik ondertussen wel zin gekregen in een sigaret, mijn laatste was om 6:15 die ochtend. Oma is lekker aan de klets met opa en dus besluit ik even naar het buitenterras te lopen verderop in het gebouw. Ik sta op en mw. V (die graag hele dagen door het gebouw wandelt) kijkt verrukt achterom. "Gaat u lopen? Mag ik dan met u mee?" Zegt ze. Ik heb een zwak voor haar, haar zachte stem en lieve lach zijn onweerstaanbaar en zo'n aanbod valt dan ook niet te weigeren. Goed, zeg ik: loopt u maar met mij mee. Mw. V vouwt haar hand in de mijne en samen lopen we over de gang, langs het terras maar ze wil graag doorlopen en het rondje afmaken. Goed, denk ik, nog een rondje dan. Dat werden uiteindelijk 4 rondjes waarin ik heb genoten van ieder schilderij wat we tegenkwamen, hoe mevrouw hierbij stond te lachen en alles zo mooi vond.. Aan het eind is het me toch gelukt om nog even een halve sigaret te roken, hierna wilde mevrouw weer naar binnen. We liepen terug de huiskamer in en ik ging zitten waarna ik weer de vraag kreeg of ik mee ging lopen, terwijl mevrouw mij over mijn arm aan het aaien was. Zo vertedert als ik was zei ik toch graag even bij mijn oma te willen zitten, dat was goed. Nou, tot ziens maar weer hè, zei mw. V en aaide mijn oma over haar arm. Dag lieve schat, zei oma en ze knuffelden elkaar wat voor een ontzettend mooi plaatje zorgde. Toen oma aan haar middagdutje toe was, ging ik samen met opa naar zijn huis en hebben we samen heerlijk gegeten en televisie gekeken. Aan het eind van de dag stond ik in de achtertuin te roken toen ik me besefte hoe vreemd het eigenlijk was dat dit nu alleen nog maar het huis van opa was en niet meer van oma. 

Ik kijk omlaag en zie in de rand van opa's tuintje een bosje vergeet-mij-nietjes staan en niets was op dat moment toepasselijker.. Nee, ik vergeet u niet, nooit.. denk ik en even later fiets ik terug naar huis. Op de bank val ik als een blok ik slaap van de zware, maar oh zo mooie dag.. Ik kan alleen maar hopen op nog veel meer van dit soort mooie momentjes, momentjes die mij doen herinneren waarom ik dit werk zo graag doe 



zondag 21 februari 2016

De definitie van liefde



Tijdens een momentje voor mezelf, ga ik even terug in de tijd. Terug naar mijn kindertijd, in het warme huis van opa en oma. Ieder logeerpartijtje bij hen was een feest, dit zal iedereen met liefhebbende grootouders herkennen. Altijd dat beetje extra, extra liefde en verwennerij bovenop wat mij thuis al gegeven werd. Bij oma in de keuken, op mijn tenen nieuwsgierig kijkend naar wat ze maakte. Appelmoes, peertjes en altijd een stiekem hapje met een knipoog voor het kleine meisje naast haar. Tranen werden gedroogd, strenge woorden gesproken en er was altijd die allesoverheersende warmte. Zo veilig, zo fijn... Bij opa en oma kon ik mezelf altijd zijn. 

Ik ga terug in de tijd waar ik onder de douche tussen hen in stond te springen en bubbels blies met zeep, om daarna nog even het journaal mee te kijken en lekker in bed te worden gestopt. Ik zie oma over me heen buigen, ze stopt me vol overgave in onder een berg dekens en kust me op mijn voorhoofd. "Welterusten lieverd, lekker dromen". En of ik lekker kon dromen.. 

Zaterdag avond, jaren later zit ik naast haar op een stoel. Ze friemelt met haar handen en wiebelt wat giechelend met haar voeten, enthousiast verteld ze het vrouwtje naast haar dat wij nichtjes zijn. Oma woont in een verpleeghuis, een verdrietige maar helaas onvermijdelijke stap. Haar vergevorderde dementie heeft haar zover gebracht dat thuis wonen niet meer gaat. Ik kijk ontroerd naar haar, hoe ze kan lachen en genieten om de kleine dingen die veel simpele zielen niet kunnen begrijpen. Ze wiebelt wat onrustig en oogt moe. "Wat zal ik blij zijn als ik straks lekker lig", zegt ze. Het is pas half 8, maar haar in een stoel laten zitten suffen heeft geen meerwaarde. Het personeel drinkt koffie als oma aangeeft graag naar bed te willen. Ik geef aan haar wel in bed te willen leggen en dit vinden ze goed, ik weet wat ik moet doen.

Arm in arm naar haar slaapkamertje, dat ze deelt met een andere mevrouw die ook al in bed ligt. Lachend loopt ze langs de muur die vol hangt met foto's van mijn opa, haar kinderen en kleinkinderen. "Mooi he?", zegt ze. Ja oma, zeg ik. Prachtig. Oma probeert gehaast haar kleren uit te trekken en begint hierbij te puffen. "Laat mij maar even lieverd", zeg ik en zo eigenwijs en onafhankelijk als ze vroeger was, zo makkelijk en dankbaar laat ze mij haar nu helpen. Zo, alles uit en pyjama aan en nu lekker slapen. 

"Lieve lieve schat, wat ben ik je dankbaar", zegt ze en ze strekt haar armen om mijn gezicht te pakken. Ik stop haar in, met de overvloedige liefde waarmee zij mij vroeger instopte. Ik kus en knuffel haar goedenacht tot ze lacht en zich tevreden nestelt in de dekens, zoals zij dat vroeger bij mij deed. "Welterusten lieverd, lekker dromen"... hoor ik mezelf zeggen en ik geef haar nog een kus. "Welterusten lieve schat, en bedankt he. Wat vind ik het fijn dat je me zo geholpen hebt", zegt ze en wuift me nog een kus toe als ik de kamer uit loop. 

Ik loop lachend de gang door het gebouw uit en besef me iets. Hoe mooi is het om haar de liefde terug te kunnen geven die ik altijd heb mogen voelen... Dit is liefde op zijn mooist, en ik prijs me gelukkig dat ik dit mag voelen.